Nee, mijnheer
Jambon de schuld ligt niet bij de burger, die nu moet boeten!
. Het pensioendebat in België is al decennialang een politiek
probleem, en opeenvolgende regeringen hebben verzuimd om tijdig structurele
hervormingen door te voeren. Nu komt de rekening, en zoals vaak zijn het de
burgers die de gevolgen dragen.
1.
Historische achtergrond: falend beleid
In tegenstelling
tot landen zoals Nederland, waar pensioenbijdragen werden gekapitaliseerd in
grote fondsen, heeft België decennialang pensioenbijdragen gebruikt om andere
overheidsuitgaven te financieren. Het werd een soort lopend rekeningensysteem
waarbij de bijdragen van werkenden direct werden gebruikt om de pensioenen van
gepensioneerden te betalen. Hierdoor is er nauwelijks een financiële buffer
opgebouwd.
Politici hebben de
problemen lange tijd vooruitgeschoven. Al in de jaren ’80 en ’90 waarschuwden
experts dat de vergrijzing tot een onhoudbare pensioendruk zou leiden. In
plaats van structurele maatregelen te nemen, bleef men vasthouden aan korte
termijnoplossingen, zoals het verlagen van de pensioenleeftijd of het
versoepelen van vervroegd pensioen, wat het probleem alleen maar vergrootte.
2.
Het probleem vandaag: burgers betalen de prijs
Nu het systeem
niet meer houdbaar is, worden burgers geconfronteerd met ingrepen zoals het
niet indexeren van hoge pensioenen. Dit raakt vooral mensen die jarenlang
hebben bijgedragen en nu zien dat hun pensioen minder koopkracht behoudt. De
overheid rechtvaardigt dit met argumenten zoals “we moeten dit doen voor onze
kinderen en kleinkinderen”, maar dit verbergt het feit dat dit probleem al
decennia had moeten worden aangepakt.
3.
De echte schuldigen: de politiek zelf
De schuld voor de
huidige pensioencrisis ligt bij politici van alle partijen die decennialang
hebben nagelaten om hervormingen door te voeren. Ze hebben de bijdragen van
werkenden niet correct beheerd en politiek misbruik gemaakt van het systeem om
stemmen te winnen. Nu pas wordt er gesproken over “moeilijke beslissingen”,
terwijl de echte moeilijke beslissingen 20 of 30 jaar geleden hadden moeten
worden genomen.
4.
Waarom moet de burger boeten?
De burger wordt nu
geconfronteerd met stijgende kosten en minder pensioenrechten, terwijl het
falen bij de politieke klasse ligt. Het zou rechtvaardiger zijn als de politiek
zelf de eerste offers bracht – bijvoorbeeld door de eigen pensioenvoordelen in
te perken of efficiënter met overheidsgeld om te gaan.
Waarom moeten
de burgers opdraaien voor fouten die politici hebben gemaakt? Dat is het echte debat dat gevoerd zou moeten
worden.
Geert
Messiaen