Stemmen worden het Belgische politieke landschap ingestuurd om werk te maken
van een 7 de staatshervorming.
Nee, maak vooreerst werk van een grondige evaluatie welke meerwaarde de 6
staatshervormingen voor de burger hebben betekend.
België heeft sinds 1970 zes staatshervormingen doorgemaakt. Telkens werd
beloofd dat meer autonomie zou leiden tot efficiënter bestuur, meer
duidelijkheid en een overheid dichter bij de burger. Vijftig jaar later dringt
één vraag zich op: wat is de concrete meerwaarde geweest voor de burger?
Het antwoord is pijnlijk eenvoudig. België heeft vandaag niet te weinig
overheid, maar te veel bestuurslagen. Niet te weinig bevoegdheden, maar te veel
versnippering. En niet te weinig democratie, maar te weinig bestuurlijke
helderheid.
Voor een land van amper 30.689 km² en 11,8 miljoen inwoners telt België zeven
parlementen, zeven regeringen en meer dan vijftig ministers. Daarbovenop komen
581 gemeenten, provincies, intercommunales, agentschappen en raden van bestuur
met duizenden mandatarissen. Per inwoner behoort België tot de duurste
bestuurlijke systemen van Europa. Toch vertaalt die institutionele overvloed
zich niet in betere dienstverlening.
Integendeel. Voor de burger is het steeds onduidelijker wie waarvoor bevoegd
is. Mobiliteit, gezondheidszorg, werkgelegenheid, klimaat en milieu worden
beheerd door meerdere ministers op verschillende niveaus. Gezondheidszorg
alleen al valt onder acht ministers. Mobiliteit in Brussel onder drie
bestuursniveaus. Wanneer iedereen bevoegd is, is uiteindelijk niemand
verantwoordelijk.
De staatshervormingen hebben bevoegdheden niet helder verdeeld, maar
opgesplitst. Elk beleidsdomein vereist overlegcomités, samenwerkingsakkoorden
en compromissen. Dat leidt tot traagheid, blokkering en beleid dat vaak te laat
komt of halfslachtig blijft. België is niet onbestuurbaar omdat de problemen te
groot zijn, maar omdat het bestuur te complex is geworden.
Die structurele complexiteit vertaalt zich ook politiek. Regeringsvormingen die
541, 493 of 194 dagen duren, zijn geen uitzonderingen meer maar symptomen van
een systeem dat zichzelf heeft vastgezet. Toch wordt de burger keer op keer
verzekerd dat “het allemaal goed werkt”. De dagelijkse ervaring leert het
tegendeel.
Een van de grote beloften van de staatshervormingen was dat het beleid dichter
bij de burger zou komen. In de praktijk is de burger verder dan ooit verwijderd
van de besluitvorming. Door de opeenstapeling van bestuursniveaus is politieke
verantwoordelijkheid vervaagd. Successen worden opgeëist, mislukkingen
doorgeschoven, maar echte aanspreekbaarheid ontbreekt. Dat voedt wantrouwen,
apathie en politieke vervreemding.
Daar komt de financiële realiteit bij. België combineert een van de hoogste
belastingdrukken van Europa met stijgende schulden en aanhoudende
begrotingstekorten. De administratieve kosten zijn hoog, terwijl de
efficiëntiewinsten van de staatshervormingen beperkt of onbestaande blijven.
Meer bestuurslagen hebben niet geleid tot slanker bestuur, maar tot meer kabinetten,
meer structuren en meer functies die zichzelf in stand houden.
De ongemakkelijke vraag dringt zich op: wie is beter geworden van dit systeem?
Niet de burger, die meer betaalt en minder duidelijkheid krijgt. Wel de
instellingen, de politieke structuren en de mandaten die met elke hervorming
zijn meegegroeid. De staatshervormingen hebben vooral het systeem versterkt,
niet de dienstverlening.
Na vijftig jaar is het tijd om dit eerlijk te erkennen. België heeft geen nood
aan een zevende staatshervorming, noch aan nieuwe complexe modellen of
confederale experimenten. Wat nodig is, is vereenvoudiging. Eén bevoegdheid per
bestuursniveau. Minder ministers. Minder parlementen. Minder doublures. Meer
transparantie en echte verantwoordelijkheid.
Dat is geen communautair pleidooi, maar een democratisch. Een staat moet
begrijpelijk zijn voor zijn burgers, efficiënt in zijn werking en duidelijk in
zijn verantwoordelijkheden. Vandaag is België dat onvoldoende.
De echte hervorming die nodig is, zet niet de instellingen centraal, maar de
burger. En die hervorming begint met het durven in vraag stellen van wat zes
staatshervormingen hebben opgeleverd: een bestuurlijk doolhof dat dringend
ontmanteld moet worden.
Geert Messiaen
Roeselare